Fabel
HOE EEN HAAS HET HAASJE WAS
Nietsvermoedend had de oude wijze uil de wolvin te woord gestaan, toen ze hem om raad vroeg. Nietsvermoedend namelijk, omdat de enorme heisa die zou volgen op dat moment niet te voorzien was. De wolvin had een hazenvondeling in het struikgewas ontdekt en hem mee naar haar hol genomen. De wolvin was eigenlijk een bastaard. Haar moeder was een Labrador van de boerderij aan de rand van het bos, haar vader was een wolf. De zachte bek had ze uiteraard van moederskant. De uil zag het eigenlijk niet zo zitten dat de wolvin het haasje groot zou brengen, maar je kon ook nooit weten hoe een koe een haas vangt. Niet geschoten is altijd mis, al klinkt het voor een haas wel een beetje bizar in deze kwestie.
De wolvin noemde het haasje Flappie, naar een smartlap van de Grote Vlaamse Gaai. Flappie deed het boven verwachting en groeide voorspoedig op. De wolvin was trots als een pauw en kon haar geheim niet meer voor zich houden. Op een dag vertelde zij haar verhaal aan Protter, een praatzieke spreeuw. Binnen de kortste keren kwamen de persmuskieten van heinde en verre om het wonder te aanschouwen. Flappie liet zich al die aandacht welgevallen. Maar ach, weldra verscheen de sluwe vos met zijn secondant ten tonele. Hij had gehoord van Flappie en had besloten dat dit verboden moest worden. Stel je voor, wanneer hij tijdens de jacht geconfronteerd zou worden met een haas die niet bang voor hem zou zijn. Dan was de lol er snel vanaf. Nee, Flappie diende bij de eekhoorns onder te worden gebracht, die zouden hem veel beter klaar kunnen stomen voor het ware harde leven. Die wisten wel wat angst was!
De arme wolvin kreeg een dag de tijd om afscheid te nemen. Zij wist zich geen raad en wendde zich opnieuw tot de wijze uil. Deze voelde met haar mee en vloog als een haas naar de vos om hem om te praten. Hij wist dat hij de vos niet tegen zich in het harnas moest jagen. Dus luisterde de uil begripvol naar zijn argumenten en vroeg vervolgens of er echt geen andere uitweg was. Maar het mocht niet baten. De vos was niet te vermurwen. Bovendien waarschuwde de vos de uil dat diens eigen positie met deze actie in het geding kon komen. De uil bracht de wolvin het slechte nieuws. Slechts een list, slimmer dan van een vos, zou uitkomst kunnen brengen. De wolvin wentelde zich in verdriet.
De volgende dag berichtte Protter dat Flappie het hazenpad had gekozen. Als een lopend vuurtje verspreidde het nieuws zich door het bos. En de wolvin? Haar naam was haas.
Maar wees niet verwonderd wanneer op zekere dag een wolvin haasje over loopt te spelen in het grote dierenbos!
Deze fabel zit vol met spreekwoorden en gezegden. De moraal van dit verhaal is opnieuw een spreekwoord: bezint eer ge begint. En dan bedoel ik niet dat je niet toe moet geven aan je gevoel en idealisme om een noodlijdend diertje een kans te geven. Neen, eerder denk ik dat je de triomf van slagen van een dergelijke missie lekker voor jezelf moet houden en in stilte moet genieten in plaats van het aan de grote klok te hangen. Maak nooit slapende honden wakker. Dit klinkt paradoxaal. Immers zelf schrijf ik mijn belevenissen ook voor een groter publiek. Bovendien moet ik eerlijk toegeven, die magnifieke foto in de Leeuwarder Courant van Flappie en Tosca was om op te vreten!
Tosca met Flappie (Foto LC /Niels Westra)
Maart 2004
Naschrift:
‘DIERENLEED’
Me niet bewust van de massale media-aandacht die zou volgen stond ik Joke uit Burstum nietsvermoedend te woord. Joke vroeg telefonisch advies inzake een jong haasje dat ongedeerd door hun achtjarige Labrador Tosca met haar zachte bek bij hun thuis was binnen gebracht. Ik reageerde sceptisch over de mogelijkheden om ‘Flappie’ groot te brengen, desondanks adviseerde ik wat je het beste kon geven.
Ik was blij verrast toen ik twee weken later de Mid Frieslander opensloeg. Getuige de foto van Flappie aan het zuigflesje ging het wonderwel met het diertje. Kort daarop sierde een fabelachtig portret van Tosca met het hazenjong de voorpagina van de Leeuwarder Courant. Flappie verscheen zelfs op de beeldbuis in ‘Hart van Nederland’.
Al die aandacht in de media werd Joke en haar asielzoekertje echter noodlottig. De Stichting Eekhoorn trok aan de bel omdat hazen beschermd zijn en op een natuurlijke manier dienen te worden groot gebracht. Dat had verstrekkende gevolgen. Een dag later stond onder begeleiding van een agent de Algemene Inspectie Dienst bij Joke op de stoep. Nog diezelfde middag kreeg ik daar een emotioneel verslag van. Onder dreiging van inbeslagname én een bekeuring diende Flappie stante pede naar de Fûgelhelling, de dierenopvang in Ureterp, gebracht te worden.
Als een haas zocht ik contact met de A.I.D. Ik realiseerde me terdege dat ik met ‘Hebben jullie niets beters te doen’ deze mensen tegen me in het harnas zou jagen. Dus luisterde ik begripvol naar hun argumenten. Ze gaven mij te verstaan dat er echt geen andere uitweg was. Bovendien lag er mogelijk zelfs een boete voor mij in het verschiet, daar ik eigenlijk beter had moeten adviseren!
Het inmiddels ingeschakelde advocatenduo, de gebroeders Anker uit Akkrum, kwam tot dezelfde conclusie: het mag niet en dus kan het niet; punt uit. Oproepen tot ‘burgerlijke ongehoorzaamheid’ was verleidelijk doch zou alleen maar escalerend werken. Een definitieve oplossing leek raadzaam. SBS 6 toog weer naar Burstum en bracht een verdrietige Joke in beeld die de ratio verkoos boven de emotie: Flappie zou naar de dierenopvang. Een mevrouw van de Stichting Eekhoorn verwoordde haar beweegredenen ook nog even met een gezicht waar de ideële principes nou niet bepaald vanaf spatten. De dagen daarop werd de mediahype compleet met landelijk voorpaginanieuws: Flappie had het hazenpad gekozen!
Zo je weet wordt er van katten beweerd dat ze over meerdere levens beschikken. Het zou me niet verbazen dat voor sommige hazen hetzelfde geldt. Dus wie weet zie je deze zomer een zeer bijzonder tafereeltje in de landerijen van Burstum. Ik zie de media al ‘koppen’ met: Hond speelt haasje over! Edoch, mijn naam is haas!
Wanneer de ‘Bistedokter’ zoals hierboven onder de titel ‘Dierenleed’ een paar dagen na het verschijnen van het landelijke voorpaginanieuws in de krant zou verschijnen, zou het verhaal niets meer toevoegen. Dus besloot ik te elfder ure het verhaal in de vorm van een fabel te gieten, waarin ik mijzelf in de rol van ‘wijze uil’ presenteerde. En zo geschiedde. De periode daarna regende het reacties. Een van de meest opvallende was een brief van een kopstuk uit de plaatselijke politiek aan de toenmalige Minister van Landbouw Cees Veerman. Het haalde allemaal niets uit.
Hoe het uiteindelijk met Flappie afgelopen is? Na een paar dagen ondergedoken te hebben gezeten bij de zus van Joke in het naburige Akkrum, is ie weer terug gekomen en groeide hij voorspoedig op. Het bleef wel een kwetsbaar beestje. Een maand later raakte hij aan de diarree en pogingen mijnerzijds daar wat aan te doen mochten helaas niet baten. Flappie liet het leven. Hij kreeg zijn laatste rustplaats in de tuin waar Tosca hem had gevonden…
Voorjaar 2004