Vijf december

Menno WiersmaCOLUMNS

‘Au!’ heb ik niet eens uitgeroepen. De krachttermen kwamen meteen. Gelukkig was de oude baas nogal doof. Op zijn verzoek was ik bij hem thuis om zijn twaalfjarige bastaardje in te laten slapen.

Het ging niet meer. De hond had een tumor achter het rechter oog. Afgezien van het feit dat het een akelige aanblik bood, ‘oogde’ het dier nog wel gezond en hij at zelfs nog redelijk goed. Het probleem was veeleer dat hij gedragsveranderingen begon te vertonen: hij werd agressief en bijterig. Ik was dus gewaarschuwd! Hoewel de baas z´n hond stevig vasthield, zag deze toch kans om mij direct na het toedienen van het narcosemiddel razendsnel diep in mijn duim te bijten. Het bloedde nauwelijks, maar ik wist meteen dat het niet best was. Een lelijke wond tot op het bot was mijn lot…

Het is nog niet eens zozeer de pijn en de schrik die tot mijn reactie leidden. Het is eerder het besef dat het in ons beroep zo verschrikkelijk lastig is om met verwondingen aan je handen te moeten werken. Bovendien verweet ik het mezelf dat ik geen voorzorgsmaatregelen had getroffen. Ik ben meteen naar de praktijk terug gereden om mezelf eerste hulp te verlenen. Eerst de duim even in spiritus gedompeld (hetgeen de slechtste zanger kan laten jodelen), vervolgens een verbandje erom gedaan en tot slot heb ik even uit ons eigen medicijnkast gesnoept om infectie de kop in te drukken. Gelukkig had ik onlangs nog een tetanusinjectie gehad.

Toen snel weer terug naar de ouwe baas om mijn visite af te maken. De hond was inmiddels niet meer. Ik bood mijn verontschuldigingen aan voor het vervelende verloop, wenste de baas sterkte en nam de hond mee terug naar de praktijk. Onderweg werd ik al door collega Frank gebeld, met de vraag ‘waar ik toch bleef?’ en ‘wat ik eigenlijk wel niet aan het doen was?’ Het was namiddag op 5 december en we hadden een afspraak op de praktijk in Grou.

Terug op de praktijk werd eerst het thuisfront even gebeld om verwarring te zaaien: “Het is nog erg druk met visites, dus het wordt wat later vanavond.”  Het moest natuurlijk wel een verrassing blijven! Vervolgens werd Sinterklaas razendsnel door Frank ‘geschminkt’ en in de tabberd gehesen. Diens jarenlange ervaring op dat gebied verloochende zich duidelijk niet. Onderwijl oefende de nieuwbakken Sint zijn stem door alvast een toontje lager te praten. Er was enige haast geboden want het was al laat. Dus rap, doch omzichtig, in de auto geslopen. Je bent immers in Grou niet helemaal veilig als je je als Sinterklaas rond deze tijd op straat begeeft…

Onderweg in de auto naar Idaerd, waar eerst in Huize Schuurmans acte de présence zou worden gegeven, merkte de Sint dat z´n snor afzakte. Bij gebrek aan hars was er met dubbelzijdig plakband geïmproviseerd en dat was bepaald geen succes. Bovendien was het onstuimige weer ook al zo troosteloos. In Idaerd aangekomen kreeg de goedheiligman de mijter maar ternauwernood klemvast op zijn hoofd om de wind te weerstaan. Toen er dan ook een Eagumer boer voorbijreed en deze zeer meewarig terugzwaaide naar deze armoedige Sint met z´n ‘gamma-staf’, zonk Sinterklaas de moed diep in de schoenen. Maar dat kón helemaal niet eens, want hij merkte tot zijn grote ontsteltenis dat hij nog op zijn ouwe sloffen liep! Vluchten kon echter niet meer want de dochters van Frank stonden al vol verwachting te zwaaien voor het raam. Sinterklaas vermande zich, drukte z´n snor eens aan en liep in zijn meest bisschoppelijke tred het erf op. Binnengekomen was hij nog niet erg in z´n rol, vooral niet toen hij een grote rode vlek in de witte handschoen zag verschijnen. Maar dat wist hij te verbloemen en de meisjes zongen dat het een aard had. En gelukkig waren er presentjes.

Dan op naar Huize Wiersma in Reduzum. De beide honden sloegen niet eens aan! Je zag ze kwispelend kijken: àààch, gekke baas! Frou Wiersma was ook al buitengewoon enthousiast toen Sinterklaas vroeg of hij even binnen mocht komen: “Nou, vooruit dan maar”. De twee oudste zonen lagen letterlijk in een deuk, maar speelden het spel vervolgens om wille van hun ‘gelovige’ jonge broertje vol vuur mee: wederom werd er prachtig gezongen! Pas op het derde en laatste adres was de goedheiligman enigszins in z´n rol en deerden vlekken, sloffen noch snor hem. Het schijnt namelijk ook niet uit te maken, mits er immers maar cadeautjes zijn! Evenwel wist de jongste spruit onlangs nota bene nog te vertellen dat Sinterklaas vorig jaar Heit z’n sloffen droeg. Bovendien doet een hardnekkige bloedvlek in Sints handschoen ons steeds weer aan het gedenkwaardige voorval herinneren.

Denkend aan Sinterklaas is er tot slot nog wel even een waarschuwing op zijn plaats. Hetgeen onlangs bij Sint Maarten  nog gebeurde, ligt ook nu weer op de loer. Op 12 november was onze eerste patiënt ‘s ochtends een gulzige hond, die ‘s nachts de hele bak met snoepgoed van de kinderen met papier en al had verorberd. Helaas heeft hij daar weinig plezier aan beleefd want het leek ons verstandiger hem het weer uit te laten braken om problemen te voorkomen. Met Sinterklaas is dit nog gevaarlijker, want honden kunnen vreselijk ziek worden van (te veel) chocola. Laat de pret daardoor niet bederven en moge het een reuzegezellige Sinterklaasavond worden met leuke surprises en wonderschone gedichten!

December 2002